Leugens over later

Net als vorig jaar bekeek ik de jaarinformatie van mijn Spaarbeurs met wat extra belangstelling. Vorig jaar viel mij als eerste op dat de totale waarde aan het einde van het jaar nog minder was dan aan het begin van het jaar. Ondanks dat toch weer het hele jaar trouw premie was betaald. Nu viel het beursklimaat in 2018 dan ook wel heel erg tegen. Zowel de aandelen als de obligaties deden het slecht. Logisch dat mijn spaarbeurs daarvan ook klappen kreeg. (Zie mijn blog “Eerlijk over later”).

2019 was een goed beursjaar. Ik had het al gemerkt aan mijn andere beleggingen. De waarde van de spaarbeurs was ook gestegen. Dat mocht ook wel weer eens, want de resultaten blijven nog ver achter in vergelijking met de prognoses van 1995 toen ik de spaarbeurs afsloot.

In de brief die ik toen kreeg, net na het afsluiten van de polis in 1995, worden duizelingwekkende bedragen genoemd in guldens. Zelfs in het meest ongunstige geval zou ik de hypotheek die ik toen had er mee kunnen aflossen. Van het verschil tussen de opbrengst welke ik redelijkerwijze zou kunnen verwachten zou ik nog een hele mooie auto kunnen kopen. En dat allemaal voor een inleg van slechts fl 50,- per maand.

Gelukkig voor mij is de hypotheek al afgelost. Ik kan dan als het bedrag vrijkomt over goed vijf jaar, het hele bedrag besteden aan een nieuwe auto! Dat moet dan wel een bescheiden wagentje zijn, een Tesla zit er echt niet in.

Ik heb u vast nieuwsgierig gemaakt: In euro’s gerekend zou ik minimaal € 62.000,- tegemoet kunnen zien. In het gunstigste geval meer dan € 92.000,-. Zeg nou zelf voor  € 30.000,- kun je vandaag de dag nog een leuke auto kopen. (Hopelijk over 5 jaar ook nog).

De prognoses van eind 2019 lijken daar niet op. Zoals het nu lijkt kan ik over 5,5 jaar maar liefst € 18.642, – tegemoet zien! Let wel, dit is in het gunstigste geval. En in die 5,5 jaar kan er veel gebeuren, positief, maar ook negatief. Ga maar na: Op dit moment is Trump nog steeds aan de macht in Amerika, zit hij er dan nog? Zo niet, wie krijgen wij daarvoor in plaats? De gevolgen van de Brexit zullen dan duidelijker zijn. In hoeverre zal het Corona-virus om zich heen slaan? In een week tijd zijn de koersen nu al zo’n 8% gedaald. Kortom allerlei factoren die meespelen voor wat betreft het beursklimaat in de komende jaren. Ongetwijfeld komt er nog meer onheil over ons af. Anderzijds zullen er ook positieve ontwikkelingen zijn die het beursklimaat gunstiger kunnen beïnvloeden. Het blijft dus nog afwachten.

Die € 18.642,-  is overigens toch al meer dan € 400,- extra dan de € 18.218,- die mij vorig jaar in het vooruitzicht werd gesteld. Van de andere kant was dit weer bijna € 2.000,- minder dan wat op het jaaroverzicht van 2017 staat vermeld. Toen was er nog sprake van € 22.086,-. Kortom, er is geen peil op te trekken.

Vorig jaar viel ik over het feit dat er bij de verkoop van de spaarbeurs in 1995 sprake was van nettorendementen. De laatste jaren worden de prognoses in bruto rendementen weergegeven. Ga je die rendementen narekenen dan kom je bij lange na niet in de buurt van de bruto rendementen waar nu mee wordt gerekend. Ook hier is geen peil op te trekken. In het jaaroverzicht van 2019 wordt voor alle drie de fondsen waaruit de Spaarbeurs bestaat, met nog lagere (bruto) rendementen gerekend dan vorig jaar. Dit valt voor een deel te verklaren dat men de rendementen van de afgelopen 20 jaar meeneemt. Er valt weer een jaar af en er komt weer een jaar bij. Als 1999 een heel goed beursjaar was, beter dan 2019, dan is dat logisch. Aan de andere kant was 2019 een supergoed jaar. Dan moet 1999 nog veel beter geweest zijn. Maar als een van de fondsen in een jaar tijd terugvalt van 8,36% naar 6,23%, dan geeft dat wel te denken. Immers deze percentages bestaan voor 19 jaar uit dezelfde rendementen en dus percentages. Het goede jaar 2019 komt er bij, het jaar 1999 valt af. Hoe hoog moet dat rendement in 1999 dan wel niet geweest zijn? Worden we in het ootje genomen?

Bekijk ik de bruto rendementen die ons eind 2018 en eind 2019 zijn voorgespiegeld, dan zijn deze dus behoorlijk gedaald. Het leuke is dat de te verwachten nettorendementen wel weer ietsjes gestegen zijn. Ik mag immers € 400,- meer tegemoet zien. Enige logica zit daar niet in.

Kijk ik naar de 4% rendementsverwachtingen dan is hier ook iets opvallends te zien. Ik heb me beperkt tussen 2018 en 2019. Het valt mij op dat ik dan nettorendementen tussen de 2,75% en 4,5% tegemoet kan zien over de periode nu tot het einde van de looptijd in 2025. In 2019 is de verwachting gestegen van € 14.542,- naar € 16.869,-. Een verschil van meer dan € 2.300,- Ik kan dit verklaren uit het feit dat de nettorendementen over de afgelopen jaren toch meer zijn geweest dan 4%. Pak je de te verwachten stortingen er bij, vermeerderd met die 4%, waar overigens de kosten nog van af moeten, dan zou je daar aan kunnen komen, als je dat saldo vermeerderd met de waarde van de portefeuille aan het eind van het jaar. Die € 2.300,- bestaat dus voor een groot deel uit het verschil in waarde tussen het eind van 2018 en het eind van 2019. De waarde is met ongeveer 25% toegenomen in 2019. (De AEX in 2019 is ongeveer 30% omhoog gegaan). Nogmaals, 2019 was een uitzonderlijk goed beursjaar.

Vandaar dat ik me er dan ook zo over verbaas dat de te verwachten bruto rendementen in percentages fors zijn gedaald.

Naar de pessimistische vooruitzichten heb ik geen onderzoek gedaan. Daar word je echt niet vrolijk van. Dan wordt er geschermd met negatieve rendementen, wat op zich ook heel reëel kan zijn. Zeker in combinatie met de hoge kosten welke in rekening worden gebracht. Immers van de jaarinleg gaat voor 5 maanden aan verschillende kosten in rook op, welke in rekening worden gebracht. (Zie mijn eerdere blog Eerlijk over later).  Er kan weer een nieuwe crisis komen, ziektes, natuurrampen, politieke en economische ontwikkelingen. Het blijft koffiedik kijken. In dat geval bestaat de kans dat ik zelfs mijn inleg niet terug kan vangen.

Samengevat komt het er op neer dat ik mij erger aan het feit dat mij hoge nettorendementen zijn voorgespiegeld welke bruto bij lange na niet worden gerealiseerd, zodat er ook nog eens een enorm gat zit tussen het bruto rendement en het uiteindelijk te verwachten nettorendement.

Vandaar dat de titel van deze blog dan ook is “Leugens over later”. Zeg nou zelf,  dat bekt toch veel lekkerder dan de reclame slogan van de maatschappij “Eerlijk over later”. En het is nog dichterbij de waarheid ook. Het is niet voor niets een woekerpolis.

Om positief af te sluiten: Het te verwachten rendement is hoger dan de rente welke je op de bank krijgt.

“Het komt er op neer dat ik mij erger aan het feit dat mij hoge nettorendementen zijn voorgespiegeld welke bruto bij lange na niet worden gerealiseerd, zodat er ook nog eens een enorm gat zit tussen het bruto rendement en het uiteindelijk te verwachten nettorendement.”

Ids van der Meulen Bosma
Lid van Vereniging Woekerpolis.nl